Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], [19]Op den fellen leeuw en de adder [20]zult gij treden, gij zult den jongen leeuw en den draak vertreden. 19. Of, over. 20. Te weten, zonder daarvan beschadigd te worden. Versta onder den naam van leeuw en adder ook alle andere dingen, die den mens kunnen hinderen of schaden aan ziel of aan lichaam. Zij worden allen overwonnen door het geloof, Mark.16:17,18; Hebr.11:33,34. Zie het voorbeeld van David, 1 Sam.17:34; van de drie jongelingen, Dan.3: en van Daniel zelf, en Dan.6:23.